In de zomer van 2010 zullen de eerste gemeenten biometrische paspoorten uitreiken, later gevolgd door provinciebesturen, ambassades en consulaten. Dat heeft minister van Buitenlandse Zaken Yves Leterme vanmiddag nogmaals bevestigd. De paspoorten zullen, naast een foto (een zogenaamd ICAO/ISO-conforme gezichtsscan) ook de vingerafdrukken van de twee wijsvingers en een digitale handtekening bevatten. Het invoeren van dergelijke paspoorten met biometrische gegevens zal zo’n 16 miljoen euro kosten. De invoering ervan is opgelegd door Europa, dat op die manier in navolging van de VS identiteitsfraude wil tegengaan.
In het verleden hebben we er al op gewezen dat biometrie alles behalve een garantie is voor een veiliger samenleving. Integendeel, dat dergelijke technologieën een ernstig risico kunnen betekenen voor een democratische maatschappij. Bovendien zijn ze niet – zoals regelmatig beweerd wordt – onvervalsbaar (zie ook hier). Dat zou op zich al voldoende reden moeten zijn om de invoering ervan op zijn minst in de koelkast te zetten.
Enig mogelijk lichtpuntje in de mededeling van de minister is dat er nergens sprake van lijkt dat de gegevens in een centrale databank terecht zullen komen, zoals bijvoorbeeld in Nederland wel het geval is. Maar ook dat is ijdele hoop, niet alleen omdat op het gebied van gegevensbanken de grenzen voortdurend verschuiven. Uit het antwoord op een parlementaire vraag bleek immers dat het wel degelijk de bedoeling is om binnen afzienbare tijd te voorzien in de opslag van de biometrische gegevens in een centrale databank. Alleen bestaat daar momenteel op Belgisch niveau nog geen wetgeving rond, dus daar moeten de politici nog in voorzien. Benieuwd wie van hen zijn of haar nek zal durven uitsteken en tegen de stroom zal willen ingaan. Of zal het ook hier, net als in veel andere gevallen, weer business as usual zijn en zal ook die databank zonder noemenswaardige tegenstemmen kunnen passeren?