Volgens het Nieuwsblad wil de Vlaming meer camera’s op straat. Dat zou je toch denken als je de gelijknamige kop en het begin van het artikel leest. Slecht nieuws dus voor iedereen die zoals wij een hekel heeft aan bewakingscamera’s en ze liever vandaag dan morgen ziet verdwijnen? Niet echt. Een beetje doorlezen en doordenken plaatst de enquête waarvan sprake in een heel ander licht dan de krantenkop doet vermoeden.
De enquête is afgenomen door onderzoeksbureau iVox, dat de vragen van het Nieuwsblad en VTM voorlegde aan een panel van 1.000 mensen. Dat panel kreeg een hele reeks stellingen voorgelegd, waarop ze dan konden antwoorden met helemaal akkoord, eerder akkoord, eerder niet akkoord of helemaal niet akkoord.
Een van die vele stellingen luidde “Meer gebruik maken van camerabewaking op onveilige plekken?” Zo simpel dus en op zich al heel magertjes om de conclusie te trekken die in het groot in de krantenkop staat.Dit klinkt als het soort enquêtes waarover onderzoekster Nathalie Sonck besloot dat ze misschien beter thuishoren op de horoscooppagina. De Wereld Morgen heeft in dat verband ook al opgemerkt dat het zeer moeilijk is (lees: zeer duur) om betrouwbare opiniepeilingen te voeren en dat het eigenlijk onmogelijk is om degelijke opiniepeilingen te organiseren binnen een kort tijdsbestek en tegen een commercieel tarief. Iets wat iVox zelf impliciet ook toegeeft. Dat zou een goede reden moeten zijn om zeer voorzichtig om te gaan met dit soort opiniepeilingen en met de resultaten die ze opleveren. Zeker als ze verwerkt worden tot een artikel waarvan de kop de lading niet dekt.
Bij een simpele vraag als “Meer gebruik maken van camerabewaking op onveilige plekken?” ligt het antwoord al voor een groot stuk vervat in de vraag. Impliciet staat er dat bewakingscamera’s helpen tegen onveiligheid, terwijl uit geen enkel degelijk uitgevoerd onderzoek blijkt dat dit ook effectief zo is. Integendeel. Telkens weer blijkt dat er nauwelijks een verband is vast te stellen tussen meer camera’s en minder criminaliteit. Hoogstens is er sprake van een verschuiving van de problemen. Een vraag als “Denkt u dat meer camera’s helpen tegen criminaliteit?” zou al een heel ander resultaat opgeleverd hebben.
Toch blijven steden en gemeenten steeds meer camera’s plaatsen, tegen beter weten in. De reden hiervoor ligt voor de hand. Camerabewaking klinkt als een simpele en snelle oplossing en je kan als overheid meteen de indruk geven dat je tenminste iets doet tegen het onveiligheidsgevoel. Bestuurders zien daarom in camerabewaking vooral snel electoraal gewin.
Het is als overheid lastiger tegen de stroom ingaan en uitleggen dat bewakingscamera’s de problemen niet zullen oplossen, dat ze de gemeente en dus de burger uiteindelijk veel geld zullen kosten en dat andere maatregelen een grotere kans op succes hebben. Een tendentieuze kop als die boven het artikel in het Nieuwsblad stimuleert daarbij overheden om nog verder mee te lopen in de dwanggedachte dat bewakingscamera’s onontbeerlijk zouden zijn voor een veiligheidsbeleid. Dat zijn ze dus niet. De enigen die er wel bij vaart, is de beveiligingsindustrie. De grote verliezer daarentegen is de samenleving. Die wordt er weer wat minder vrij door.