Caroline De Geest, medewerkster bij de Liga voor Mensenrechten, schreef deze column in de aanloop naar de Big Brother Awards 2013. Hij verscheen oorspronkelijk op de website van de Liga voor Mensenrechten.
Big Brother: zonder wantrouwen, geen controle
’s Avonds voor het slapen gaan trekken we steevast de gordijnen dicht. Waarom? Omdat we wel van een beetje privacy houden. De buren hoeven niet ongegeneerd binnen te gluren wanneer we ons na een lange werkdag op de sofa neervlijen. Een beetje privacy is bovendien ook gezellig. Niemand die je ziet, niemand die je hoort, niemand die je stoort. En wij houden wel van onze luiken en gordijntjes. Het lijkt wel alsof elk van ons iets te verbergen heeft achter het vensterraam. En toch vinden we deze drang tot afscherming perfect normaal. Niemand stelt er zich vragen bij. Wij schuwen de één en ontwijken de ander. Uit wantrouwen? Uit schrik? Of gewoon uit voorzorg? Wat het ook moge zijn, we voelen ons vrij achter de gordijntjes en dus vinden we deze vrijheid het beschermen waard. Thuis althans. Op straat gooien we lijf en leden ten grabbel van ongeziene, doch talloos aanwezige bewakingscamera’s en lekken we een spoor van data, ons kien ontfutselt door “slimme” apparaten of op z’n minst snuggere programmeurs die wel raad weten met deze gigantische berg aan persoonlijke en waardevolle gegevens. Maar ook dat vinden we perfect normaal. We voelen ons er veiliger door en ook deze veiligheid vinden we het beschermen waard.
Deze ogenschijnlijke paradox leidt niet zelden tot een moreel dilemma: hoeveel persoonlijke vrijheid zijn we bereid prijs te geven voor onze veiligheid? En bestaat die ultieme veiligheid wel? Liever hollen we halsstarrig een utopie achterna, waarbij het prijsgeven van fundamentele vrijheden slechts collaterale schade lijkt. Big Brother kreeg al vele namen en gezichten – niet zelden van platvloerse tv-formats waarbij ons een inkijk wordt gegund in het leven en de bloes van Jan Modaal – maar het alziend oog van onze bestuurlijke organen wordt hiermee nauwelijks in één adem genoemd. Anders dan bij het tv-programma wordt deze voyeur met weinig media-gekte onthaald en net daaraan ontleent hij zijn kracht. Steeds meer beperkende controlemaatregelen worden langsheen de politieke achterpoortjes binnengeloodst, zonder veel belangstelling, zonder veel ophef. Wat niet weet, niet deert, lijkt hierbij steevast het devies. Dat Big Brother hierdoor een steeds prominentere rol gaat spelen in een samenleving is dus het resultaat van een goed uitgekiend beleid waarbij geconditioneerde angst voor onveiligheid een drang naar controle bewerkstelligt. De beperkende maatregelen en bijhorende sancties die hier het gevolg van zijn leveren zodoende een bevredigend resultaat.
Maar welk resultaat is dat nu precies? Een veiligere samenleving waarin u en ik onbevreesd en onbezonnen kunnen leven omdat elke schijn van normafwijkend gedrag wordt gesanctioneerd en de overtreder via technologische snufjes, databanken of simpelweg uzelf – de verklikker – wordt gecontroleerd? Vandaag zijn we met z’n allen zo vertrouwd geraakt aan deze betuttelende vorm van controle dat elke vraag tot inperking ervan op zich al “crimineel” lijkt. En laat het nu net die gewoonte zijn waaruit Big Brother zijn overlevingskansen put. Wanneer controle niet langer in vraag wordt gesteld maar als een evidentie wordt beschouwd heeft een ongebreidelde bemoeizucht van onze overheidsorganen, en bijhorende repressiepolitiek, vrij spel. De burger voelt zich veilig(er) en Big Brother gaat verder zijn gang. Geen mens die het ziet, want wij trekken de gordijnen dicht. Privacy, weet u wel.
Big Brother Awards 2013
Met de Big Brother Awards willen de Liga voor Mensenrechten, EMSOC en datapanik.org deze tendensen kritisch belichten. De actie bundelt de kritieken op al deze afzonderlijke fenomenen. Daarmee willen we de problematiek van de schending van privacy en doorgedreven controle aankaarten. Je kan stemmen tot 23 mei. Op 30 mei wordt de prijs uitgereikt in de Balzaal van de Vooruit, gevolgd door een levendig debat ‘Privacy is dead, get over it!’.