Nils Muižnieks, EU-commissaris voor de Mensenrechten, hekelde onlangs in de New York Times de tendens naar steeds meer surveillance in Europa. Na de onthullingen van Edward Snowden hadden velen op zijn minst meer transparantie en een striktere controle van de verschillende inlichtingen- en veiligheidsdiensten verwacht. Het tegendeel blijkt echter waar. Wat we in verschillende Europese landen zien gebeuren, is net een evolutie naar steeds meer en steeds uitgebreider surveillance.
Muižnieks noemt als voorbeelden de controversiële wet die in juni in Frankrijk werd gestemd, de nieuwe dataretentiewet in Duitsland, de massasurveillance die in Nederland op stapel staat, Finland dat zelfs de Grondwet wil aanpassen om de inlichtingendiensten meer bevoegdheden te geven, enzoverder. Het is een lijstje dat – jammer genoeg – met gemak verder aangevuld kan worden.
Governments now argue that to guarantee our security we have to sacrifice some rights. This is a specious argument. By shifting from targeted to mass surveillance, governments risk undermining democracy while pretending to protect it.
Door deze verschuiving breekt Europa volgens Muižnieks met een lange politieke en juridische traditie die de privésfeer van elke burger moet beschermen tegen het willekeurig ingrijpen van een overheid in het privé-leven van haar burgers. Gerechtelijke uitspraken, zoals die van het Europees Hof dat in 2014 de dataretentierichtlijn ongrondwettelijk verklaarde, worden door overheden lompweg genegeerd. Nieuwe surveillancemaatregelen worden in veel gevallen ingevoerd zonder die vooraf te toetsen aan essentiële principes als wettelijkheid, proportionaliteit en noodzakelijkheid. Regeringen eigenen zich op die manier overmatig veel macht toe. Het risico op willekeur en misbruik wordt steeds groter.
Muižnieks acht het moment gekomen voor overheden om even stil te staan en de schade op te meten die ze aangericht hebben. Er zou minimaal aan drie essentiële voorwaarden voldaan moeten zijn, om de rechten van elke burger te kunnen waarborgen.
- Er moet een duidelijk wettelijk kader zijn dat strikte grenzen stelt aan de mogelijkheden voor surveillance en voor het gebruik van persoonsgegevens en dat het recht op privacy veilig stelt.
- Er moeten duidelijke regels zijn voor het inzamelen, het gebruik en de opslag van onze data, plus de mogelijkheid voor getroffen burgers om bezwaar aan te tekenen.
- Veiligheids- en inlichtingendiensten moeten onderworpen zijn aan onafhankelijke controle. Dit vereist een rechterlijke macht die van in het begin betrokken is bij de besluitvorming en het toelaten van diepgaande parlementaire controle.
Voor Muižnieks impliceren die basisvoorwaarden dat landen die controversiële surveillancewetten ingevoerd hebben, deze moeten herbekijken en desnoods aanpassen. Overheden die nieuwe surveillancewetten op stapel hebben, moeten deze met de grootste zorgvuldigheid herbekijken.
Terrorism is a real threat and it requires an effective response. But adopting surveillance measures that undermine human rights and the rule of law is not the solution.
Duidelijker kan een mensenrechtencommissaris niet worden.
[…] Nils Muižnieks, EU-commissaris voor de Mensenrechten, hekelde onlangs in de New York Times de tendens naar steeds meer surveillance in Europa. Na de onthullingen van Edward Snowden hadden velen op … […]