Olivier Sustronck, advocaat internetrecht, reageert in een opiniebijdrage voor De Tijd op de enquête van Deloitte waaruit zou blijken dat vier op de tien Belgen bereid zijn hun rijgedrag te delen met hun verzekeraar in ruil voor enige compensatie.
“Op de vraag of privacy belangrijk is, luidt het antwoord steevast: ‘We hebben toch niets te verbergen?’. Maar we hebben niet alleen iets te verbergen, we hebben ook veel te verliezen. Door die profilering zullen de personen die hun gegevens niet wensen te delen, bijvoorbeeld uit privacyoverwegingen, als ‘verdacht’ aanzien worden en daarvoor afgestraft worden in hun premies. De omzichtige chauffeur die om zijn privacy bekommerd is, zal dat voelen op zijn bankrekening.”
We hebben wel degelijk iets te verbergen voor onze verzekeraar
Vier op de tien Belgen zijn bereid hun rijgedrag te delen met hun verzekeraar in ruil voor enige compensatie, schreef De Tijd vorige week. Een dag eerder maakte Proximus bekend dat het de ‘geanonimiseerde’ locatiegegevens van zijn klanten gaat doorverkopen.
Dat onze privacy op het internet op grote schaal geschonden wordt, wisten we al. Maar niet alleen online gebeurt het. Meer en meer ondernemingen willen onze dagelijkse gedragingen in kaart brengen. Erger dan het probleem an sich is dat we er geen graten in zien.
‘We hebben toch niets te verbergen?’, luidt het klassieke antwoord op de vraag of privacy belangrijk is. Zo eenvoudig is het echter niet. Privacy is een grondrecht waar omzichtig mee moet worden omgesprongen. De geautomatiseerde analyse van grote hoeveelheden data zet waarden als onvoorwaardelijk burgerschap, de onschuldpresumptie (onschuldig tot het tegendeel is bewezen), het non-discriminatiebeginsel, autonomie, solidariteit en democratie onder druk.
Solidariteit
Het idee van verzekeren is dat het risico van individuele schade over een grotere groep mensen verspreid wordt. Als de één schade lijdt, kunnen de anderen dat opvangen. Het solidariteitsprincipe is daarin belangrijk. Solidariteit is een manier om kosten en risico’s gelijkmatig over een groep te verdelen. Dat gelijkmatige is daarin cruciaal: de kerngezonde jongere betaalt uit solidariteit ongeveer evenveel zorgpremie als de zwakkere oudere. Zo blijft de zorg even betaalbaar voor wie meer risico’s loopt en kosten maakt als voor wie minder zorg nodig heeft. Als verzekeringsmaatschappijen de premies gaan afstemmen op individuele risico’s verdwijnt die solidariteit.
Een ander gevaar van het gebruik van individuele gegevens bij risicoanalyse is dat die gegevens verkeerde standaardwaarden genereren. De gemiddelde data die de verzekeringsmaatschappij ter beschikking heeft, zal de norm worden. Omdat verwacht kan worden dat vooral personen met een voorzichtig rijgedrag of een betere gezondheid happiger zullen zijn om hun gegevens te delen met hun verzekeraar, zullen hun gedragingen de norm worden waarop toekomstige premies worden berekend.
Verdacht
Door die profilering zullen de personen die hun gegevens niet wensen te delen, bijvoorbeeld uit privacyoverwegingen, als ‘verdacht’ aanzien worden en daarvoor afgestraft worden in hun premies. De omzichtige chauffeur die om zijn privacy bekommerd is, zal dat voelen op zijn bankrekening.
Tot slot bedreigt het belonen van risicomijdend gedrag de vooruitgang in de samenleving. Creatief ondernemerschap dat innovatie bewerkstelligt, brengt risico’s met zich mee voor de ondernemer. Een verzekeringsmodel dat focust op solidariteit is daarbij cruciaal en daar profiteert uiteindelijk de hele maatschappij van.
We hebben dus wel degelijk iets te verbergen voor onze verzekeraar. Ik hoop stellig dat we ons daar tijdig van bewust worden.
— Bron: De Tijd