De Standaard vroeg Rosamunde Van Brakel, professor surveillancestudies aan de VUB, naar een reactie op de berichten over het gebruik van het cameranetwerk in de joodse wijk van Antwerpen voor het controleren van de coronamaatregelen. Ze noemt het “een schoolvoorbeeld van function creep. Het is duidelijk technologie die geïmplementeerd werd voor een bepaald doel, en na verloop van tijd aangewend wordt met een ander oogmerk. Dit is precies waar specialisten altijd voor gewaarschuwd hebben.”
DS: Is Antwerpen wettelijk in orde?
Van Brakel: “Mogelijk, maar ik zie verschillende problemen. Ten eerste: is de inzet van camera’s hiervoor proportioneel? Daar heb ik grote twijfels bij. Ten tweede kan discriminatie spelen. Het de facto viseren van een bepaalde bevolkingsgroep, ook als er door omstandigheden meer camera’s hangen, is problematisch. Om consequent te zijn, moet men dan ook kerken of moskeeën in het oog houden. Tien jaar geleden zag de Britse stad Birmingham zich na protest gedwongen om een cameranetwerk te ontmantelen dat geïnstalleerd was in een wijk waar vooral moslims wonen. Uit onderzoek blijkt dat surveillance vaak leidt tot ongelijke behandeling tussen groepen burgers.”
DS: U doet onderzoek naar surveillancetechnieken. Wat is het belangrijkste probleem?
“De infrastructuur voor surveillance in onze steden neemt almaar toe, zonder dat er nagedacht wordt over wat er daarna mee kan gebeuren. De volgende evolutie bestaat erin dat de slimme camera’s uitgerust worden met algoritmes die ons gedrag voortdurend analyseren, bijvoorbeeld als we winkelen. In sommige steden, zoals Kortrijk, is die al bezig. Er is vooral een gebrek aan maatschappelijk debat hierover. Surveillance wordt steeds normaler, en daardoor gaat de weerstand steeds meer liggen. De bevolking moet veel meer betrokken worden bij beslissingen hierover.”
DS: Biedt onze wetgeving genoeg waarborgen?
“In principe wel, maar de voorziene waarborgen worden niet voldoende geïmplementeerd. Het roept vragen op dat korpsen als in Antwerpen camera’s plots kunnen inzetten voor heel andere doeleinden, zonder dat er transparantie over is. Bovendien is het huidige toezichtskader onvoldoende toegerust voor nieuwe technologieën.”
Bron: De Standaard
Meer lezen: