Een huiveringwekkende roman die tussen de regels veel zegt over onze naïviteit bij digitale oversharing en wat je echt verliest als je de controle overlaat aan de technologie.
“Wie ben jij?’ vroeg ze.
Ze moest weten wat voor gebruiker ze had aangetroffen.
Wat voor type mens zou ervoor kiezen een kentuki te ‘zijn’ in plaats van een kentuki te ‘hebben’? Ze bedacht dat het ook iemand kon zijn die zich eenzaam voelde, iemand als haar moeder, aan de andere kant van Latijns-Amerika. Of een oude snoeper en vrouwenhater, of een perverseling, of iemand die geen Spaans sprak.”
Kentukis zijn de nieuwste rage. Overal ter wereld schaffen mensen ze aan, een beetje knullig gefabriceerde panda’s, draakjes of kraaien, surrogaathuisdieren die gezelschap betekenen. De koper beslist welke kentuki hij koopt, maar hij weet niet wie degene is die het via software op afstand bestuurt en meekijkt. Alsof je een zwijgende vreemdeling uitnodigt bij je te komen wonen. Je kunt een kentuki kopen en er dus eentje ‘hebben’ of men kiest ervoor om online een serienummer aan te schaffen en zo de besturing van een willekeurige kentuki waar dan ook ter wereld op zich te nemen en zo een van de poppen te ‘zijn’. De knuffels hebben een camera en kunnen zich voortbewegen op wieltjes. Maar ze kunnen niet rechtstreeks communiceren met hun baasjes.
In ‘Duizend ogen’ voert Schweblin twaalf personages ten tonele die elk op hun manier met een kentuki omgaan. De onschuldig lijkende knuffels zorgen naarmate het boek vordert voor steeds ongemakkelijker, onaangenamer, verontrustende, zelfs angstaanjagende situaties. Wat op het eerste oog een onschuldig stuk speelgoed lijkt brengt zowel de bezitters als de bestuurders van de kentukis in zeer vreemde en soms ronduit gevaarlijke situaties. Geleidelijk aan rekt Schweblin de grenzen tussen de macht hebben en overheerst worden verder op. In de zoektocht naar genegenheid is een mens geneigd zich verder bloot te geven dan hij of zij eigenlijk beseft. Zeker als die zoektocht gepaard gaat met een voyeuristische technologie. De wereld van de kentukis is een wereld vol mooie beloftes en goede bedoelingen. Maar in werkelijkheid word elk greintje menselijkheid teniet gedaan. Het is het gevoel van steeds bekeken te worden en niet te weten door wie. Of omgekeerd degene te zijn die iemand bekijkt en traag elke grip op realiteit verliest omdat je zo opgeslorpt wordt door het besturen van de kentuki.
Schweblin laat je een ongemakkelijke keuze. Wil je een kentuki ‘zijn’ of wil je een kentuki ‘hebben’? Wil je in het oog worden gehouden of wil je in het oog houden? Natuurlijk is het een misleidende keuze. De digitale wereld kan mensen op een positieve manier bij elkaar brengen. Maar het kan ook beangstigend worden als je je overgeeft aan een technologie die jouw controleert of die je toelaat een ander te controleren. De verhalen in in ‘Duizend ogen’ doen je nog eens nadenken over de gevaren van het ondoordacht opgeven van je privacy in ruil voor je pleziertjes.
“Schweblin neemt onze dagelijkse aanrakingen met nieuwe technologieën, globalisatie en privacy maatregelen en zet uiteen hoe sociale technologieën zorgen voor gevoelens van gebondenheid en vermindering van eenzaamheid, maar ook een aanslag plegen op onze gevoelens van veiligheid (fysiek en mentaal). De ambiguïteit rondom de voor- en nadelen van de kleine knuffels laat opnieuw dat griezelige, oncomfortabele gevoel achter. Het is een boek dat onder je huid kruipt, op de beste manier.”
– Bilthovense Boekhandel
Samantha Schweblin: Duizend ogen
Meridiaan Uitgevers, 2020, 224 p., EAN 9789493169227