Mo* magazine heeft het in haar nummer van april 2008 over de manier waarop Europa haar buitengrenzen controleert. Tine Danckaers analyseert de meest recente ontwikkelingen, waarbij Frontex een vooraanstaande rol speelt. Frontex is een gemeenschappelijke EU-instelling die in 2004 werd opgericht om toezicht te houden op de bewaking van de buitengrenzen.
Dit jaar zet Europa extra in op de controle van zijn buitengrenzen. Op de tafel liggen ondermeer plannen voor de oprichting van een pan-Europese grenswacht en de lancering van een gecentraliseerde Europese gegevensbank. Die databank moet netjes bijhouden wie er allemaal Europa binnen- en uitgaat. Niet-Europeanen die de Schengenzone willen betreden, zullen biometrische gegevens (zoals vingerafdrukken en irisscans) moeten achterlaten.
Binnen hetzelfde kader wil de Europese Commissie zwaar investeren in nieuwe technologieën. Intelligente satellieten, onbemande vliegtuigjes en warmteradars moeten de controle in afgelegen gebieden garanderen en de Schengenzone afschermen tegen een instroom van illegalen. Bovenal wil Europa ook dat Frontex meer gewicht in de schaal gaat leggen en een uitbreiding van zijn bevoegdheden krijgt.
Vluchtelingenorganisaties vrezen dat de patrouilles onder de vleugels van Frontex te weinig rekening houden met het recht van vluchtelingen om asiel aan te vragen. Ze gaan er bovendien van uit dat het aantal doden rond de Canarische eilanden stijgt door de Frontex-activiteiten. Wat dat concreet betekent, kunnen we lezen in een artikel op globalinfo. Onder de titel Frontex zorgt voor duizenden doden zien we daar wat de gevolgen van het Europese grenzenbeleid zijn.