Vandaag geen “Lezen op zaterdag”. We beperken ons tot het boekje dat de VRT open deed over de afluisterpraktijken van Google. Blijkt dat medewerkers van een bedrijf in opdracht van Google luisteren naar opnames die gemaakt zijn met de slimme Google Home-luidsprekers en via de Google Assistent-app op smartphones. Wereldwijd, ook in België en Nederland, luisteren mensen naar die opnames om de zoekmachine slimmer te maken. VRT NWS kon ruim 1.000 fragmenten beluisteren (aan de omroep bezorgd door werknemer “Peter”). Het gaat om stukjes die meestal bewust werden ingesproken. Maar vaak krijgen de medewerkers ook dingen te horen die onbewust werden opgenomen, soms met gevoelige informatie – zoals medische opzoekingen.
Het nieuws werd gretig opgepikt door de internationale pers: BBC, Wall Street Journal, Wired, The Verge, The Independent, The Telegraph, The Guardian en meer. Behalve het nieuwsbericht zelf, pikten de meesten toch ook de bedenking op dat dergelijke praktijken heel moeilijk te rijmen zijn met de GDPR.
Onderzoeker Jef Ausloos:
“De nieuwe privacywetten zijn zeer duidelijk. Medische gegevens mogen onder geen enkel beding op die manier beluisterd worden. Maar ook de andere voorbeelden zijn ontoelaatbaar. Google zou te werk moeten gaan zoals wetenschappers bij medische proeven doen: in een gecontroleerde omgeving de systemen testen met mensen die bewust deelnemen. Of op zijn minst alleen al testen doen om de artificiële intelligentie te verbeteren met mensen die weten waaraan ze meewerken. Google is nu niet transparant over wat er met de audio-opnames gebeurt. We weten niet wat er wordt opgenomen, hoeveel seconden er worden beluisterd of hoe lang die opnames bewaard blijven.”
Privacy-expert Bavo Van den Heuvel noemt het onomwonden “het stelen van data van gebruikers zonder dat ze geïnformeerd zijn”.
“Google wil zijn taalmotor goed ontwikkelen. Maar aangezien het Nederlandse taalgebied zeer klein is, is dat niet eenvoudig. Daarom is het voor Google nodig om het gesproken woord om te zetten in uitgeschreven tekst. Maar men doet het niet op de juiste manier. Men schakelt de stem van alle gebruikers gratis in. Uw stem is wel identificeerbaar, dat zijn ook persoonsgegevens onder de Europese privacywetgeving.”
Ook advocate Magali Feys is duidelijk:
“De manier waarop Google dit doet, mag niet. Als je zo’n applicatie installeert of zo’n toestel koopt, dan verwacht je niet dat je commando’s worden opgenomen en dat mensen daarnaar meeluisteren om die volledig uit te schrijven. Het zou wettelijk wel kunnen als Google daar zeer transparant over zou zijn, maar het wegmoffelen in kleine lettertjes mag niet.”
Van den Heuvel en Feys zijn het erover eens dat gigant Google in staat moet zijn om hun systemen zo privacy-veilig mogelijk te maken, privacy by design. “Dat is wettelijk verplicht. Kleine Belgische innovatieve startups kunnen dat. Waarom kan Google dat niet? Het is duidelijk dat Google hier faalt.”
De scherpste kritiek kwam uit de pen van Matthias Dobbelaere-Welvaert van het Ministry of Privacy. De titel van zijn bijdrage voor de VRT website is niet mis te verstaan: Waarom spionageapparaten als Google Home op het stort horen, en niet in uw slaapkamer. Zijn conclusie?
“In hoeverre vallen we nog van onze stoel, wanneer we horen dat databedrijven onze naïviteit misbruiken voor hun eigen commerciële gewin? Wanneer gaan we leren dat we in deze economie altijd dubbel lijken te betalen? Eén keer voor het apparaat, en een tweede keer met het diepste van ons zijn, onze identiteit, onze data? Wanneer is een gebruiker niet langer naïef, maar medeplichtig aan het verlies van zijn of haar privacy?
Heeft u een slimme speaker in huis, en bent u nog steeds fan van de technologie, dan is dat uiteraard uw vrije keuze. U heeft tenminste nu een bewuste keuze kunnen maken, na het bekend raken van de afluisterpraktijken. Maar mag ik u niettemin één goede raad geven? Zet het ding niet in uw slaapkamer, of in uw praktijk waar u gevoelige gegevens hanteert. Dat is niet alleen in uw eigen belang, maar vooral in het belang van al diegenen die deze keuze niet konden maken.”