Begin deze maand stak in Nederland een stormpje de kop op toen de Rotterdamse Erasmus Universiteit meedeelde dat ze camerabewaking wilde inzetten om spiekende studenten te betrappen. In een column voor de Volkskrant gaat Tonie Mudde daar verder op in. Hij betoogt dat er niet alleen zoiets als het Big Brothereffect is: wie weet dat hij bekeken wordt, gaat zich netter gedragen. Maar dat uit studies evenzeer blijkt dat de problemen de neiging hebben zich te verplaatsen naar gebieden waar men zich onbespied waant. Camerabewaking in de examenzaal is een maat voor niets, want niet meer dan symptoombestrijding. Ook in de examenzaal.
Interessanter is de vraag hoe je studenten leert uit eigen beweging het eerlijke pad te kiezen. Mudde gaat daarvoor te rade bij de Amerikaanse gedragseconoom Dan Ariely die in zijn eerlijkheidsexperimenten aantoonde dat het inzetten van ethische herinneringen het aantal fraudegevallen drastisch reduceert.
Een voorbeeld daarvan is de Princeton Unjversity·in de VS, waar eerstejaarsstudenten in hun eerste week een college over de erecode van de universiteit krijgen. Vervolgens gaan ze er in groepen over praten en als sluitstuk van deze ethische lessen zetten de studenten bij elk tentamen een handtekening onder een zin als: ‘Ik geef mijn woord dat ik bij dit examen niet de erecode heb overtreden.’
Natuurlijk klinkt het in deze tijden veel flinker om met bewakingscamera’s te zwaaien. Maar het punt dat Mudde in zijn column maakt, is dat dit nauwelijks iets zal opleveren. Behalve misschien een paar betrapte studenten.
Integendeel: “Constant nieuwe manieren verzinnen om studenten te prikkelen over eerlijkheid na te denken, dat is de sleutel tot succes.”